Ruim 5000 onvindbare kinderen en wat je als school moet doen...

09-04-2020

 

Het bericht van de AVS van vandaag, over ruim 5000 onvindbare kinderen, heeft inmiddels landelijke bekendheid gekregen. Verus legt je uit hoe de zorgplicht van scholen eruit ziet, die geconfronteerd worden met een onvindbaar kind.

Volgens de AVS zijn op meer dan 20% van de scholen gemiddeld vier kinderen onvindbaar. Dat zijn onaanvaardbare hoge cijfers. Hoe ziet de zorgplicht van scholen eruit die geconfronteerd worden met een onvindbaar kind? Uit de brieven van de minister van OCW komt naar voren dat zowel gemeenten als scholen een eigen, belangrijke rol hebben. Dit geeft scholen de ruimte om, in overleg met de gemeente, naar eigen inzicht te handelen.

Wat houdt het probleem van de onvindbare kinderen in?

Alle in Nederland woonachtige kinderen tussen 5 en 16 jaar zijn op grond van artikel 3 van de Leerplichtwet leerplichtig. De leerplicht geldt voor alle kinderen, ook voor kinderen met een andere nationaliteit en kinderen van asielzoekers en vreemdelingen. Artikel 4 bepaalt dat kinderen de school geregeld moeten bezoeken en dat geen les of praktijktijd mag worden verzuimd.

Ouders en verzorgenden moeten op grond van de Leerplichtwet zorgen dat hun kind beschikbaar is voor het ontvangen van onderwijs. Als er sprake is van ongeoorloofd verzuim, dan kan dat strafrechtelijke gevolgen hebben voor ouders/verzorgenden. Door de coronacrisis zijn de scholen gesloten tot aan de meivakantie. Het onderwijs vindt niet op school plaats, maar thuis.

Als een leerling niet beschikbaar is voor onderwijs omdat hij/zij onvindbaar is, dan kan men stellen dat dit een vorm van ongeoorloofd verzuim is. Normaal gesproken moeten schoolhoofden de gemeente informeren over het verzuim van leerlingen, echter voor de duur van de schoolsluiting is deze verplichting voor scholen vervallen, tenzij het om kwetsbare kinderen gaat. Dat is de strekking van de brief van de minister van OCW van 3 april 2020.

Wat te doen met onvindbare kinderen

De minister legt in zijn brieven van 20 maart en 3 april 2020 de regierol bij de gemeenten neer, met de opmerking dat er voor scholen een belangrijke rol is weggelegd.

Gemeenten dienen, in opdracht van de Veiligheidsregio, het initiatief te nemen, met betrokkenheid van onder meer onderwijs, kinderopvang, wijkteams en jeugdgezondheidszorg, Veilig Thuis, de Raad voor de Kinderbescherming, de gecertificeerde instellingen voor jeugdbescherming en jeugdreclassering en jeugdhulpaanbieders.

Scholen hebben immers goed in beeld welke kinderen extra zorg nodig hebben. De minister schrijft dat een school ‘uiteraard’ ook zelf kan handelen als zij daarvoor mogelijkheden ziet, zo nodig in samenwerking met gemeente, scholen in de buurt, samenwerkingsverbanden en andere partijen. De opvang of de school stemt dit af met de gemeente.

Hoe ziet die zorgplicht er concreet uit?

Scholen krijgen op grond van de brieven van de minister van 20 maart en 3 april 2020 ruimte om pragmatisch en naar eigen inzicht te handelen. Van scholen wordt verwacht dat zij contact tot stand proberen te brengen met de ouders/verzorgenden zoals bellen, mailen, appen, sms-en, brieven sturen en langsgaan.

In de tweede plaats wordt van scholen verwacht dat zij de gemeenten op de hoogte houden over de onvindbare kinderen.

In de derde plaats dienen scholen, indien kinderen onvindbaar blijven, de Meldcode bij Veilig Thuis te activeren conform het 5 stappenplan. Als kinderen en hun ouders/verzorgenden onvindbaar blijven, dan is het onvermijdbaar dat stap 3 (het vooraf informeren van de ouders) wordt overgeslagen.

Lees verder bij Verus

Bron: AVS, Verus



« Terug naar het overzicht